De bron van de installatie is de autoradio, ook wel headunit (HU) genoemd. De keuze welke headunit je neemt hangt o.a. van de volgende zaken af:

  • budget
  • bediening
  • uiterlijk
  • 1DIN of 2DIN formaat
  • navigatie
  • multimedia mogelijkheden
  • ingangen USB/AUX
  • aantal analoge line-outs 2V - 4V 
  • digitale uitgang (SPDIFF) naar externe DSP
  • uitgangsvermogen
  • DSP mogelijkheden
  • bluetooth
  • integratie apple / andriod apparaten

Fabrieks headunit vervangen
Het vervangen van de fabrieks headunit door een ander merk komt bij nieuwe auto's steeds minder voor. De geluidskwaliteit van de radio's is sterk verbetert en geven veel meer mogelijkheden dan voorheen. Ombouw naar een ander merk radio kan natuurlijk wel, maar:

  • Er zijn interfaces nodig om bijvoorbeeld stuurbediening te laten werken.
  • een CANbus systeem van de auto is aangesloten op de radio en communiceert hiermee met andere delen van de auto.
  • Extra functionaliteit kan wegvallen bij inbouw van een andere headunit 
  • Een geschakelde +12v kan ontbreken in de kabelboom.
  • De headunit kan een afwijkende frequentiekarateristiek hebben (ingebouwde loudness functie) waardoor deze niet goed valt te combineren met andere versterkers en luidsprekers. 
Laat je daarom eerst goed voorlichten door de inbouwspecialist voor wat betreft de mogelijkheden. Er zijn veel adapters en interfaces beschikbaar om een aftermarket radio te installeren.

High-low adapters
Als de headunit geen line out aansluitingen heeft en je wil toch een externe versterker aansluiten, dan heb je twee mogelijkheden.
Indien mogelijk sluit je de luidsprekeruitgangen aan op een high-level input van de versterker aan. Of je hebt een high-low adapter nodig. Deze zorgt ervoor dat de luidsprekeruitgangen geschikt gemaakt worden voor de line-ingang van de versterker. En wordt er ook een remotesignaal gecreërd, zodat de externe versterker aan/uit gezet kan worden met de radio.
Er bestaan passieve en actieve adapters, de actieve zijn instelbaar en genieten o.a. daarom de voorkeur. Wil je meer versterkers gaan gebruiken, let dan op het aantal stereo outputs.



Datacompressie

MP3 is een vorm van lossy datacompressie, mpeg layer 3. Daarnaast bestaan er nog wel een paar compressieformaten welke door headunits afgespeeld kunnen worden (AAC, WMA).
Voordeel:
De hoeveelheid aan data die op een bron (SD-card, USB-device of CD) kan is veel groter (12x, maar afhankelijk van de bitrate), je kan dus veel meer muziek op een drager kwijt.
Nadeel:
Afhankeljk van de ingestelde hoeveelheid compressie heb je kwaliteitsverlies. Er worden immers een heleboel bits van het origineel weggegooid. De minimale bitrate om van "hifi" te spreken is 128kB/s maar 192kB/s, 256kB/s en 320kB/s klinkt alweer een stap beter. Let er dus op of de HU al de bitrates daadwerkelijk aankan. Gezien de kostprijs van geheugenruimte is het eigenlijk ook wat achterhaalt om sterk te comprimeren. Op een USB harddisk van 1Tb kan er heel veel muziek met een bitrate van 320kB/s. Nog beter is gebruik van een lossless datacompressie, zoals FLAC. Helaas wordt dit nog maar beperkt ondersteund.

Line out
Tegenwoordig zijn de meeste headunits voorzien van 1 tot 3 (front, rear, subwoofer) high-output stereo line-outs. De maximale uitgangsspanning van is bijvoorbeeld 4V, soms hoger. Van de aangesloten versterker moet de ingangsgevoeligheid (gain) dan wel worden afgesteld, anders heb je er geen voordeel van en kan de versterker zelfs overstuurd worden.
De winst van de hogere spanning zit 'm in het feit dat de signaal/ruis verhouding groter wordt. De aangesloten versterker zal niet méér vermogen gaan leveren, wat soms wel eens beweerd wordt.
Hieronder zie je de verschillen tussen een uitgangsspanning van 2V (rood) en 4V (blauw) en de ruis (groen). Het groene signaal heeft minder invloed op het blauwe signaal, en veel meer invloed op het rode signaal. Hoe hoger de uitgangsspaning, hoe beter.

 

Subwoofer line-out
Een speciale line-out is de subwoofer line out. Dat is een mono uitgang die lowpass gefilterd is. Op de HU kan de scheidingsfrequentie, gain en flanksteilheid (slope) geregeld worden.

Uitgangsvermogen
De meeste headunits hebben een 4-kanaals versterker met een opgegeven uitgangsvermogen van 35W - 60W per kanaal.  De werkelijke rms of continu uitgangsvermogen is  16 - 18 W op een 4 ohm belasting en bij 1% vervorming. Dit zijn versterkers ontworpen rond chipamps in klasse AB die op de accuspanning werken.
Omdat de spanning waarop de versterker werkt, slechts ca. 12-14,4V  is de maximale sinusvormige uitgangsspanning op de luidspreker: 
Vtop = Vaccu/2 = 12/2 = 6V
Veff = 6 x 0,707 = 4,24 Veff

Het uitgangsvermogen op een 4 ohm luidspreker R kan je dan als volgt berekenen:
P = U² / R = 4,24² / 4 = 4,5 W

Omdat de versterker gebrugd is, levert 'ie (theoretisch) 2x de stroom en 2x de spanning, dus 4x zoveel vermogen:
4 x 4,5 = 18W continu.

Een andere soort versterker is klasse D. Slechts een beperkt aantal headunits gebruikt deze techniek.
Het grote voordeel van het klasse D versterkerprincipe is het hogere rendement t.o.v. klasse AB, waardoor er bij gelijkblijvend uitgangsvermogen (18W bijvoorbeeld) minder warmteontwikkeling optreedt.